GEVRAAGD ADVIES: ONAFHANKELIJKE CLIËNTONDERSTEUNING

Participatieraad 2020 – ADVIES ONAFHANKELIJKE CLIËNTONDERSTEUNING

Gevraagd advies, oktober 2020

 

 

Aanleiding voor dit advies/ achtergronden

Op 5 oktober 2020 werd de Participatieraad gevraagd om te adviseren op het onderwerp Onafhankelijke Cliëntondersteuning.

De Participatieraad is eind 2019 gevraagd om mee te denken over een publiciteitscampagne bij de stichting MEE Amstel en Zaan. De raad is bij drie bijeenkomsten aanwezig geweest en heeft hier zijn visie kunnen geven op dit onderwerp. De publiciteitscampagne is begin oktober van start gegaan onder de naam ‘ondersteuners van Amsterdam’.

 

 

Visie van de Participatieraad

De Participatieraad is een groot voorstander van onafhankelijke cliëntondersteuning.  Veel burgers hebben schroom om contact te leggen met de overheid, waarbij elementen als gêne, angst en onbekendheid een rol spelen. Een vertrouwenspersoon, in de vorm van een onafhankelijke cliëntondersteuner, kan deze drempels weghalen of in elk geval verlagen.

Gesprekken tussen klantmanagers en cliënten van de Participatiewet verlopen op een prettiger manier als een derde persoon aanwezig is, zo heeft de Participatieraad gemerkt. Deze persoon werkt vaak als bliksemafleider voor zowel de klantmanager als de cliënt.

 

ADVIES

1.De Participatieraad onderkent de conclusie uit het rapport Onderzoek naar Onafhankelijke Cliëntondersteuning in Amsterdam (mei 2018) dat het aanbod niet op orde is.  Er zijn te weinig organisaties die ondersteuning aanbieden. Als die er wel zijn, dan wordt dit gekoppeld aan een lidmaatschap.

2.De Participatieraad denkt dat dit ondervangen kan worden door zelf onafhankelijke cliëntondersteuners aan te bieden. Daarvoor kan per stadsdeel een poule van ondersteuners worden opgericht.

3. Deze poule aan ondersteuners kan bestaan uit personen die ervaring hebben in het sociaal domein. Deze zijn in Amsterdam legio te vinden. Per ondersteuner kan een vrijwilligersvergoeding worden gegeven. Indien nodig kunnen de ondersteuners worden bijgeschoold, in samenwerking met de vrijwilligerscentrale.

4.Cliënten kunnen zich laten bijstaan door vrienden, kennissen of familieleden. Zij hoeven niet per se een ondersteuner bij een organisatie te zoeken. De Participatieraad merkt uit zijn contacten met de achterban dat veel cliënten niet op de hoogte zijn van dit recht. Betere voorlichting, bijvoorbeeld door in een uitnodigingsbrief duidelijk te melden dat de cliënt iemand kan meenemen, is nodig.

5.De onafhankelijke cliëntondersteuner kan zeker een rol spelen bij de aanvraag van een uitkering of minimavoorzieningen zoals de bijzondere bijstand. Vooral bij mensen met een taalachterstand is dit zeer wenselijk. Hetzelfde geldt voor de begeleiding naar werk en de begeleiding naar activeringsmogelijkheden. Hoe deze rol er concreet uit zal zien, hangt af van de wensen, de mogelijkheden en de belemmeringen van de cliënt.

6.In welke vorm de dienstverlening aan de cliënt dient te geschieden, hangt eveneens af van de wensen van laatstgenoemde. Sommige cliënten stellen prijs op een gesprek van mens tot mens, anderen willen liever contact via digitale media. De raad heeft ervaringen met zowel individueel als groepsgesprekken. Laatstgenoemde heten bij de raad ‘klantenpanels’. Deze worden ingezet als de raad meer wil weten over een bepaald onderwerp. Groepsgesprekken kunnen echter als intimiderend worden ervaren, als er teveel professionals en ambtenaren bij zitten. Cliënten zijn het liefst onder elkaar, leden van de Participatieraad worden ook als cliënt gezien.

7. Wat bij het vorige punt staat, geldt grotendeels voor de communicatie naar de cliënt. Analoge communicatie (post, telefoon) worden door zeer veel cliënten op prijs gesteld, door sommigen is het zelfs de enige vorm van communicatie. Andere cliënten communiceren het liefst via digitale middelen. Om de doelgroep te bereiken is een breed scala aan middelen nodig. De Participatieraad heeft een communicatiepersoon die graag wil meedenken over de wijze waarop de cliëntondersteuning onder de aandacht kan worden gebracht.

 

Vastgesteld door de plenaire vergadering van de Participatieraad Amsterdam op 28 oktober 2020.